Chassis Focus: Patrick’s Vintage Kyosho Ultima JJ

Onderstaande tekst en foto’s aangeleverd door clublid en senior build meister Patrick Fonck

Eén van m’n doelen dit jaar was om aan de vintage race bij MAC Vlijmen mee te kunnen doen. Eerder had ik al een RC10 gebouwd om in de vintage klasse van de Southern Indoor Masters te kunnen rijden, maar het is een beetje vreemde eend in de bijt tussen de rest van mijn Kyosho buggy’s. Daarom ging ik op zoek naar een vintage Kyosho welke ik zodanig wilde prepareren dat hij geschikt was om op kunstgras te kunnen rijden.

Vintage racen is enorm populair in Engeland en zij rijden net als hier in Nederland hoofdzakelijk op kunstgras en tapijt. Na wat rondstruinen op Facebook bleek dat de Ultima JJ (Joel Johnson replica, hij werd met deze auto wereldkampioen in 1987) enorm geliefd onder rijders uit de IconicRC competitie, met veel ondersteuning van allerlei kleine bedrijfjes die upgrades maken om de auto snel en betrouwbaar te maken. Het mooie aan Kyosho is dat voordat ze een vintage auto opnieuw uitbrengen deze geschikt maken voor moderne brushless motoren, zo was de originele Ultima bijvoorbeeld niet voorzien van een slipper-clutch, iets wat op kunstgras er voor zorgt dat de transmissie beschermd wordt tegen hoge lastwisselingen van krachtige motoren en grote sprongen.

Ik vond op kleinanzeigen.de (de duitse versie van marktplaats) een lichtgebruikte Ultima JJ, welke al voorzien was van een bronzen voorste bulkhead welke er voor zorgt dat de voorwielen op de grond blijven zodat de auto fatsoenlijk de bocht door gaat. De body was al in een stijl gespoten die ik zelf ook gebruik dus dat was mooi meegenomen.

Omdat vintage auto’s ontworpen zijn om op een losse ondergrond te rijden wat er voor zorgt dat de auto het over het algemeen niet zo hard te verduren krijgt als op een kunstgrasbaan zijn er vaak wat aanpassingen nodig om het geheel betrouwbaar te krijgen. Zo maakte ik me ook het meeste zorgen om de transmissie, die naar moderne maatstaven vrij gecompliceerd in elkaar zit met veel kleine tandwielen. De originele balldiff bleek het ook vaak maar 1 á 2 accu’s vol te houden voordat alle tanden er af lagen.

In eerste instantie had ik als oplossing een betere tandkrans voor het differentieel besteld, maar dit bleek nog geen afdoende oplossing. Later leerde ik dat veel oplossingen op een bepaalde manier gekozen waren om binnen het strenge IconicRC regelement te blijven, iets waar wij geen last van hebben met onze “als de auto maar langer uit productie is dan 10 jaar”-regel. Daarom maar bij RC Car Plaza een half dozijn zakjes besteld met daarin alle onderdelen om een geardiff samen te kunnen stellen. Nu is dan wel de hele transmissie voorzien van metalen tandwielen.

De achterste ophanging scheen ook een zwak punt te zijn, deze heb ik ook maar meteen vervangen door een exemplaar van Chimera Model Sport, die een fantastiche service toonden door het onderdeel vanuit Duitsland naar me op te sturen terwijl ze daar voor een grote vintage race waren. Dat scheelde weer een stuk in verzend- en importkosten.

Wielen zijn ook een apart verhaal, standaard komen de vintage auto’s namelijk met kleinere wielen dan de moderne 2.2 inch exemplaren waar we de geliefde Mezzo’s en cut-staggers op kunnen monteren. In eerste instantie had ik er wielen van JC Racing op gemonteerd, dit bedrijf maakt 2.2 inch wielen in alle mogelijke vintage stijlen, enkel willen ze nogal snel scheuren als je ergens tegen aan rijdt dus ging ik op zoek naar een alternatief. Om het bandenmanagement zo simpel mogelijk te maken zocht ik naar een oplossing waarbij ik reguliere 2WD velgen kon monteren. Uiteindelijk heb ik de wielnaven en caster-blocks van een Kyosho Dirtmaster gemonteerd. Hiermee is de auto wel iets smaller geworden (om en nabij 235mm ten opzichte van de maximaal toegestane 250mm) maar tot nu toe merk ik hiervan geen nadelige invloed op het rijgedrag. Er zijn wel langere armen te krijgen maar die kosten een factor drie ten opzichte van de standaardexemplaren. Besloten om het niet de moeite waard te vinden.

De vleugel welke standaard een lexan exemplaar is, gemonteerd op “piano-wire”, heb ik vervangen door een duurzaam nylon exemplaar. Stress-vrij is m’n devies.

Ben een tijdje aan het vogelen geweest om de juiste schokbreker configuratie te vinden, de hardste veren uit de serie, kleine gaten in de zuigers en flink dikke olie zorgen er nu voor dat hij lekker vlak door de bochten gaat. Aanvankelijk wat extra gaten in de shocktowers geboord om de schokbrekers in de gewenste positie te krijgen voordat ik besloot ze te vervangen door eigengemaakte exemplaren.

Tientallen jaren geleden, toen de wereld voor mij enkel bestond uit Tamiya’s van de lokale speelgoedwinkel en ik kwijlend door de “RC Car Action” tijdschriften bladerde, er nog geen internet bestond waar je op alles kon klikken en bestellen wat je maar wilde, maakte ik alle onderdelen zelf met een zaag en een setje vijlen uit aluminium en glasvezelplaat. Heb ooit nog een compleet dubbeldek chassis voor een Tamiya Vanquish gefiguurzaagd. Voor mij is het zelf vervaardigen van onderdelen onlosmakelijk verbonden aan het rijden met een vintage auto. Dus kocht ik weer een glasvezelplaat en maakte hieruit nieuwe shocktowers en een brace voor de voorpartij. Een Dremel met een diamantschijfje maken het leven hierbij tegenwoordig wel een stuk makkelijker dan het gebruik van een figuurzaag waarbij je het zaagblad na elke halve centimeter weer moet vervangen omdat de glasvezels in rap tempo alle tanden van het zaagblad laten verdwijnen.

Ik deelde tijdens de bouw m’n vorderingen in een facebook groep en het is hilarisch hoeveel mensen je voor gek verklaren dat je in deze tijd nog iets zelf maakt. De voldoening van iets met eigen handen en eigen ontwerp maken lijkt een uitstervend fenomeen. Overigens kies ik ervoor om maar een enkel gat per ophangpunt te maken. Dat vindt ik er mooier uit zien en het maakt het onderdeel sterker omdat er meer vlees rond de ophangpunten zit.

De motor is een brushless exemplaar van Trinity met 13,5 windingen, gevoed door een 10BL60G2 Hobbywing regelaar. Beetje boost en turbo kan geen kwaad. Gestuurd wordt er door een PowerHD R12s servo. De accu zit helemaal tot tegen de servo geschoven voor weer zoveel mogelijk druk op de voorwielen. De gewichtsverdeling is ook gelijk aan m’n modernere Kyosho RB7 met laydown transmissie.

De auto rijdt heerlijk en heeft m’n verwachtingen overtroffen. Zodoende ben ik zefs aan het overwegen dat als deze auto betrouwbaar blijkt om m’n modernere buggy’s van de hand te doen en alle wedstrijden met deze auto te gaan rijden.